Moederdag

“Mama, je handen zijn al een beetje oud aan het worden. Je bent al aan het krimpen.”
“Mama, je hebt grijze haren” “Ja, vind je dat ik ze moet verven?” “Ja! Roze”
“Mama, jij koopt nooooooit wat voor mij, ik wil een afstand-bestuurbare auto” “Ja, ik ben een stomme moeder, ik doe nooit eens wat leuks voor je” “Dat mag jij niet zeggen mama, dan kan ik het niet meer zeggen!”
Ik weet niet wat ze mijn zoon op school leren, maar het hele principe van Moederdag was in aanloop naar Moederdag toe nog niet echt tot uiting gebracht bij ons thuis. Van ophemelen was geen sprake, ik ontving louter kritiek! Blijkbaar mankeert er van alles aan de moeder van mijn zoon. Het mag allemaal wel wat strakker en jonger. Wat vaker een jurk aan, zou ook wel een goed idee zijn, begreep ik. En of ik niet eens wat regelmatiger zomaar met een groot cadeau door kan komen, omdat hij dat nú wil en niet pas als hij jarig is.
Gelukkig weet ik wel beter en kan ik er om lachen. Om dat van die cadeaus en dat ‘stomme moeder’ dan. Dat van die haren en handen trek ik me dus mooi wel aan. Ja, ik loop tegen de veertig, maar “oude handen”? Au. Kinderen kunnen zo keihard de waarheid vertellen. Kleine etterbakkies zijn het. Als zoon me nou verteld had hoe mooi hij me vindt, dan had hij nu al lang en breed met die afstand-bestuurbare auto zitten spelen.
Maar een moederhart is snel gevuld zeggen ze altijd. En het is waar. Vanmorgen om half acht kreeg ik een zelf geregen ketting met een geknutseld hart er aan. Ik smolt. En daarna kwam er ontbijt op bed. Helemaal goed. Míjn dag.
Vervolgens begon zoon te piepen dat er voor hém geen plek in het grote bed was. Dat híj het niet leuk vond. Dat híj op het balkon wilde ontbijten. Tot zover Moederdag. Terug naar elke dag kinderdag. Dus daar zat ik, om 8 uur vanmorgen. In de kou. Een beschuitje te eten. Met mijn koude oude handen en grijze haren. En nu mag ík kiezen wat we gaan bouwen van de Lego vandaag. En ik geniet er ook nog van. Rare wezens, moeders.